Twee vrienden schrijven elkaar brieven en vragen zich af of het leven dat zij, veertigers, zichzelf hebben aangemeten, nog het leven is waarin ze passen. De ene vriend rijdt op een avond zonder plan of doel weg van al zijn verplichtingen en vraagt zich af, terwijl hij steeds verder van zijn ankers drijft, of hij nog wel terug wil keren naar werk en gezin. De andere vriend ziet zijn vrije leven instorten en afbrokkelen en vraagt zich af of de keuzes die hij heeft gemaakt om een onvoorspelbaar leven te leiden wel de juiste keuze is geweest. Terwijl de een de grenzen van Europa nadert en daarmee de rand van zijn wereld over dreigt te vallen, zoekt de ander het verlaten gezin op, al weet hij niet of hij daar troost kan bieden of juist troost komt zoeken.